Inleiding

Mitralisinsufficiëntie is een onvoldoende functionerende linker hartklep, waarbij de kleppen niet goed sluiten en er bloed door de hartklep teruglekt.

Mitralis = hartklep tussen de linker boezem en linker kamer van het hart.

Insufficiëntie = onvoldoende functionerend, dus lekkend.

Deze aandoening kent meerdere vormen. Het kan aangeboren zijn, waarbij er vanaf de geboorte een lekkage optreedt van de mitralisklep. In de meeste gevallen ontstaat het probleem echter in de loop van het leven. De oorzaak is dan een verandering van de weefselsamenstelling van de hartklep, waardoor deze knobbelig wordt en niet mooi meer sluit. Dit wordt ook wel myxomateuze klepdegeneratie genoemd en het is een aandoening met een progressief (voortschrijdend) verloop. Het komt bij alle rassen voor, maar veel vaker bij de kleinere rassen. Onderstaande informatie betreft de niet-aangeboren variant van de ziekte.

Wat gebeurt er bij mitralisinsufficiëntie met de patiënt?

Bij mitralisinsufficiëntie lekt er tijdens het samenknijpen van het hart bloed terug van de linkerkamer naar de linkerboezem (zie figuur). Is deze lekkage gering, dan zal er niets veranderen in het hart. Indien deze lekkage aanzienlijk is, zal er meer bloed in de linkerkamer verzamelen, waardoor deze kamer vergroot en waardoor de druk in deze kamer uiteindelijk toeneemt. Omdat de linkerkamer het bloed ontvangt uit de longen, zal bij druktoename in de linkerkamer, ook de druk in de longvaten toenemen. Hierdoor gaan de longvaten ´lekken´. De afvoercapaciteit van het longweefsel voor dit vocht is groot, maar uiteindelijk zal er longoedeem ontstaan. Dit wil zeggen een vochtophoping in het longweefsel, waardoor de zuurstofopname belemmerd wordt en de patiënt benauwd zal worden en zal gaan hoesten.

hart

Een andere oorzaak voor hoesten is irritatie van de luchtpijp door de vergrote linker boezem. Doordat de boezem zo groot is, duwt deze tijdens elke samentrekking van het hart tegen de luchtpijp aan. Dit geeft een hoestprikkel.

De hartslag wordt gereguleerd met behulp van elektrische prikkels, die door de hartspier lopen. Als de linkerboezem groter wordt, kan het zijn dat deze prikkels niet meer normaal over de hartspier lopen. Er kan dan een hartritmestoornis optreden.

 

Diagnostiek

Bij mitralisinsufficiëntie is er altijd sprake van een hartruis. Bij de meeste patiënten die regelmatig een dierenarts bezoeken, zullen we aanvankelijk alleen een hartruis opmerken tijdens het lichamelijk onderzoek. In het beginstadium van de ziekte heeft de patiënt namelijk geen klachten. Op basis van dit lichamelijk onderzoek kunnen we echter geen diagnose stellen.

Indien er een hartruis bij uw hond wordt waargenomen, zullen wij u adviseren een hartecho te laten maken. Hiermee kan de diagnose gesteld worden en kunnen wij vaststellen in welk stadium van de ziekte uw hond zich bevindt.

In sommige gevallen maken wij ook een röntgenfoto van de borstholte bij honden met een hartprobleem. Hiermee kunnen wij de grootte van het hart meten en de aanwezigheid en de ernst van eventueel longoedeem diagnosticeren. Dit laatste is met de echo niet mogelijk.

 

Therapie

Mitralisinsufficiëntie is niet te genezen. De verandering van de kleppen kunnen we niet ongedaan maken of vertragen. Wel kunnen we de symptomen bestrijden. Bij de behandeling van mitralisinsufficiëntie maken we meestal gebruik van meerdere medicijnen. Wanneer we de behandeling starten en welke medicatie uw hond voorgeschreven krijgt is afhankelijk van de ernst van het probleem. In het beginstadium van de ziekte is medicatie niet nodig.

 

Monitoring

Omdat mitralisinsufficiëntie bij de meeste patiënten een progressieve aandoening is, is het verstandig uw hond regelmatig te laten controleren. Omdat de ernst van de hartruis geen betrouwbare maatstaaf is voor het stadium van de ziekte, is alleen het beluisteren van het hart geen juiste methode.

Bij honden die nog geen klachten hebben, adviseren wij 1 of 2x per jaar de hartecho te herhalen, om te zien of en hoe snel het hart verandert. Uit recent onderzoek is gebleken, dat het starten van de medicatie vóórdat uw hond klachten heeft, de levensduur met 15 maanden verlengd. We starten de medicatie op het moment dat het hart vergroot is. De enige manier om dit vast te stellen is het regelmatig uitvoeren van een echo van het hart (iedere 6-12 maanden, afhankelijk van het stadium van de ziekte).

Bij patiënten die reeds in hartfalen zijn (geweest), heeft de echo geen toegevoegde waarde meer. Bij deze patiënten gebruiken we de klinische toestand en dan met name de ademhaling als maatstaaf. U kunt dit thuis monitoren.

 

Prognose

De prognose is erg wisselend. Over het algemeen is deze bij kleine honden veel beter dan bij grote honden. De progressie van de ziekte wisselt echter per patiënt. Bij dieren die regelmatig op controle komen, kunnen we beter inschatten hoe snel de ziekte verloopt.

Gemiddeld genomen, kunnen kleine honden met mitralisinsufficiëntie echter nog jarenlang met deze ziekte leven, indien we dit in een vroeg stadium diagnosticeren.

 

Vragen?

Mocht u nog vragen hebben over mitralisinsufficiëntie , u kunt de dierenartsen bereiken tijdens het telefonisch spreekuur (maandag t/m zaterdag tussen 08.00 en 09.00) of maak een afspraak met een dierenarts op onze vestiging in Leiden of Voorschoten.

Mitralisinsufficiëntie bij de hond